Ik wil een wedstrijd vechten, hoe werkt dat?
Een deel van de vechtsporters wil niet alleen trainen, maar ook wedstrijden vechten. Hier leggen we uit hoe dat werkt.
Je kunt wedstrijden vechten vanaf 6 jaar oud op de mat en vanaf 10 jaar oud in de ring. Kinderen kunnen ook eerst oefenen in demopartijen. Dit zijn oefenwedstrijden die geen winnaar of verliezer kennen. Iedereen die meedoet is een winnaar!
Om wedstrijden te vechten moet je geoefend hebben. Je conditie moet in orde zijn. Je moet jezelf kunnen verdedigen. Je moet kunnen aanvallen. Je moet de spelregels kennen. Jouw trainer bepaalt of je klaar bent om je eerste wedstrijd te vechten.
Jouw trainer kan jou aanmelden bij iemand die wedstrijden organiseert. Als jouw sportschool wil meedoen aan wedstrijden, heeft het een Keurmerk Vechtsportautoriteit nodig.
Zelf heb je een wedstrijdlicentie nodig. Die krijg je bij inschrijving voor een Fightpassport. Daarbij geef je op hoe oud je bent, hoe zwaar je bent, en of je al eerder (oefen)wedstrijden hebt gevochten of wedstrijdervaring hebt met een andere vechtsport.
Dankzij de aanmelding bij de organisatie van een evenement kan een ‘matchmaker’ voor jou een tegenstander zoeken. De matchmaker zoekt iemand die ongeveer net zo oud is, ongeveer van hetzelfde gewicht en met ongeveer dezelfde ervaring als jij. Dat maakt de sport eerlijker en veilig. Ben je minderjarig? Dan heb je wel toestemming van je ouders nodig om mee te doen aan wedstrijden.
Bij jeugdvechters (tot 18 jaar) gelden er aanvullende regels voor wedstrijden. Deze regels zijn er om de sport veiliger te maken voor jonge vechters.
- Niet meer dan 18 maanden verschil in leeftijd
- Niet meer dan 2 kilo verschil in gewicht
- Bij beginners (tot vijftien partijen) niet meer dan vier partijen verschil in ervaring
In heel uitzonderlijke gevallen kan er worden afgeweken van deze regels. De trainer van de deelnemer die op papier in het nadeel is, moet dan een mail sturen naar de organisatie die de officials levert. Hierin moet de trainer goed uitleggen waarom de vechter toch tegen een oudere/zwaardere/meer ervaren tegenstander kan vechten. Er wordt alleen een uitzondering gemaakt als de organisatie van de officials het goedkeurt.
Als er een geschikte tegenstander is gevonden, krijgen de trainers de informatie over de tegenstander. Dan weet je hoe oud jouw tegenstander is, wat het afgesproken gewicht is, en hoeveel ervaring jouw tegenstander heeft. Als beide trainers akkoord gaan, is de partij afgesproken.
Zorg dat je fit en op het afgesproken gewicht voor de wedstrijd verschijnt. Luister altijd naar de scheidsrechter en volg de aanwijzingen van je trainer op. Dan wordt het vast een leuke ervaring.
Na afloop wordt in het Fightpassport opgeschreven of je hebt gewonnen of verloren. Dat helpt bij het zoeken van een goede volgende tegenstander.
Hopelijk maakt dit duidelijk hoe je wedstrijden kunt vechten. Heb je nog vragen? Stel ze aan je trainer. Die heeft waarschijnlijk al aardig wat ervaring. Weet jouw trainer niet het antwoord op jouw vraag, mail ons dan op info@nederlandsevechtsportbond.nl
We wensen je alle succes en bovenal: veel plezier!